Kampeeravonturen met George

Een paar donkergrijze en regenachtige dagen gooiden ons plan overhoop; van de gletsjers was helaas weinig te zien met het slechte weer en in de toeristische dorpjes die de uitvalbasis voor de gletsjers vormen was het één treurige ellende.
Daarom besloten we een paar dagen eerder richting Queenstown te rijden. Na een paar uur rijden in de regen kwamen we langs Lake Wanaka waar de zon gelukkig wél scheen en de views echt hysterisch mooi waren.

Een uurtje later bereikten we Queenstown, tijdens mijn favoriete moment van de dag: zonsondergang, the golden hour. Queenstown is een bergstadje dat aan het Wakatipu-meer ligt en dat is werkelijk prachtig, het water is op sommige delen fel turquoise en in de verte zijn tegelijkertijd besneeuwde bergtoppen te zien.

Aangezien de zomervakantie hier in volle gang is, was er totaal geen betaalbare accommodatie beschikbaar. Zelfs alle plekken op de parkeerplaats bij een hostel was al tot en met nieuwjaar volgeboekt (!). We vertrokken dus weer met onze George en reden naar de overheidscamping een paar kilometer buiten de stad, waar alle low budget reizigers zich verzamelen op de 'kneuzencamping' (mijn woorden). Terwijl Carry de auto pal naast het toiletgebouwtje parkeerde zei ze: "maar wel met ensuite bathroom".

De overheidscampings zijn overal in het land een goedkope optie en we maken er dan ook vaak gebruik van, maar je moet alsnog $13 per persoon per nacht betalen terwijl er alleen een stinkend composttoilet is en geen douche. Inmiddels zaten we er behoorlijk doorheen met kamperen en we voelden ons na meerdere dagen niet gedoucht te hebben zó vies dat we al aan het opzoeken waren bij welke sportschool we zouden gaan vragen of we gebruik van de douche mochten maken.
Als een godswonder appte Diego, één vd huisgenoten die we in Auckland hadden, dat we 2 nachten in de logeerkamer in het appartement waar hij voor zijn werk een paar weken verbleef. We hebben letterlijk een vreugdedansje gedaan. Een echt bed! Douchen, onze haren wassen! Wasjes draaien en weer schone handdoeken hebben!
En o ja, ook wel gezellig om Diego weer te zien ;).

Het zat ons mee, het was alle dagen die we daar doorbrachten heerlijk zonnig weer. Perfect voor de mooie wandeling naar de top van Queenstown Hill met panorama uitzicht <3.
Next stop was Moke Lake, waar we rondwandelden en weer in George kampeerden. Dit keer iets minder afzien, ondanks de aanhoudende regen, want we keken een gedownloade film op onze iPad: home theater entertainment system.

Onderweg naar wéér het volgende meer (Lake Sylvan) rijden we over een van de mooiste wegen van de wereld, die tussen Queenstown en Glenorchy. Wauw wauw wauw! Minpuntje was wel dat we bij het laten passeren van een tegenligger vast kwamen te zitten in de berm. Gelukkig stopten er binnen 15 minuten meerdere auto's met behulpzame locals en toeristen om George uit de greppel te trekken.


Op de 23e reden we Lumsden binnen, waar we een week in een hotelletje zouden gaan werken. Terwijl we het dorpje binnenreden zei onze intuïtie: gas op de plank en doorkarren. Wat een verlaten shithole.
Natuurlijk parkeren we toch de auto en gaan we het hotel binnen, maar onze eerste ingeving werd alleen maar bevestigd. We voelden ons enorm out of place en overweldigd door de drukte in de bijbehorende ordinaire pub. Aangezien er zeker 8 andere vrijwilligers waren besloten we (na een uur zenuwachtig onze opties overwegen) dat we maar gewoon eerlijk tegen de eigenaresse zouden zijn dat we liever niet wilden bijven. Ze reageerde ontzettend lief en we mochten alsnog een nachtje blijven slapen.
In plaats van de komende week daar werkend door te brengen waren we dus opeens toch weer vrij. Hoe we de Kerstdagen doorgebracht hebben lezen jullie de volgende keer!